Het is ongeveer 3 maand geleden. Vandaag moet en zal er geschreven worden! En u zal lezen!
Er lag een drol voor mijn deur. Ik slaagde er nog relatief goed in het ding te negeren in de hoop dat het probleem zichzelf zou oplossen of door iemand anders opgelost zou worden. Dat laatste lag echter niet voor de hand. De andere 4 mensen die de deur en de daar voor liggende vierkante meter met trots de hunne kunnen noemen deelden blijkbaar mijn hoop. Het is verbazend hoe rap je geconditioneerd kan worden. Toen de drol door een onschuldige voorbijganger over willekeurige plekken op het hele voetpad uitgesmeerd werd leerde ik zelfs om mijn fiets op te heffen elke keer ik toekwam, een actie waarop ik mezelf, nu de hele nachtmerrie voorbij is, nog steeds betrap. Het doet me stilstaan, zoals dat waarschijnlijk bij iedereen zou gebeuren, bij de neurologische plasticiteit van onze hersenen. Het stuk brein dat actief wordt bij het zien van mijn voordeur legt langzaam linken met het stuk brein dat actief wordt wanneer ik in een dampende drol trap en uiteraard veroorzaakt dat laatste op zijn beurt gevoelens van walging en oplettendheid om die walging te vermijden. Door het steeds opnieuw samen zien van de deur en de drol worden de linken sterker en sterker, tot het het hele boeltje volkomen automatisch verloopt. Ik zie voordeur, hef fiets op, trappel op de tippen van mijn tenen door het slagveld en ga binnen. Dit mechanisme zorgt ervoor dat wij mensen ons zowat kunnen aanpassen aan alle mogelijke omstandigheden. Tegelijk is dat mechanisme ook een excuus voor luiheid. Dat hele vermoeiende conditioneringsproces was nooit nodig geweest als iemand de volwassenheid had gehad om een plastic zakje te nemen en 10 seconden van walging te doorstaan. Zo ver zijn we blijkbaar nog niet geƫvolueerd. Uiteindelijk is alles weggespoeld door de regen. Moraal van het verhaal: zelfs een drol voor je deur kan via neuronen leiden tot een blogpost.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten